Als er in een oriënterend bodemonderzoek verontreiniging vastgesteld wordt, betekent dit niet per definitie dat er een sanering moet uitgevoerd worden. In bepaalde omstandigheden kan mits degelijke motivatie een verontreiniging als van nature aanwezig beschouwd worden.
Op een onderzoeksterrein in Ieper wordt een depot voor steenkolen en een tankstation uitgebaat. De eigenaar wil het terrein verkopen.
Uit het historisch onderzoek blijkt dat er in het verleden ook kunstmeststoffen opgeslagen werden. De opslag van kolen en benzine, de verdeelslangen en de voormalige opslag van kunstmeststoffen zijn onderzoeksplichtig.
Bijgevolg moet er een oriënterend bodemonderzoek uitgevoerd worden. Er worden stalen van de bodem genomen door het uitvoeren van boringen (vaste deel aarde). Om de kwaliteit van het grondwater te controleren worden er peilbuizen geplaatst. Na 1 week worden deze peilbuizen bemonsterd. Zowel de grond als het grondwater wordt op de verdachte stoffen geanalyseerd.
In het vaste deel van de aarde worden over het volledige terrein licht verhoogde concentraties aan PAK’s (poly aromatische koolwaterstoffen) vastgesteld (o.a. benzo(a)pyreen). Conform de standaardprocedure van OVAM moet de “Methodologie voor het bepalen van duidelijke aanwijzingen van ernstige bodemverontreiniging” uitgevoerd worden om na te gaan of er een duidelijke aanwijzing van een ernstige bedreiging bestaat. Op basis van deze methodologie blijkt dat er geen beschrijvend bodemonderzoek uitgevoerd moet worden voor de verhoogde gehaltes aan PAK’s.
In het grondwater wordt een verhoogde geleidbaarheid waargenomen. In principe is er een beschrijvend bodemonderzoek nodig. Echter, door het bijkomend uitvoeren van een ionenbalans op het grondwater kan de oorzaak van die verhoogde geleidbaarheid aan het licht gebracht worden: er worden verhoogde waarden aan nitriet en ammonium aangetroffen.
De gemeten concentraties worden vergeleken met beschikbare analyseresultaten aan nitriet en ammonium uit de buurt. Op die manier konden we besluiten dat er regionaal verhoogde concentraties vastgesteld worden, die mogelijk te wijten zijn aan de landbouwactiviteiten in de streek.
Tengevolge van een sterke argumentatie waarin bron, oorzaak en gevolg besproken worden, moet er geen beschrijvend bodemonderzoek uitgevoerd worden.
Het oriënterend bodemonderzoek werd overgemaakt aan de OVAM. OVAM heeft het rapport intussen goedgekeurd en heeft het bodemattest afgeleverd. De akte voor verkoop kon binnen de afgesproken termijn verleden worden.
